Het is zover, de dag waar we al maanden naartoe hebben geleefd: de Dodentocht! Vandaag staan we voor de ultieme uitdaging – 100 kilometer in en rond Bornem, een mythische tocht die elke wandelaar op de proef stelt. De Dodentocht is niet zomaar een wandeling, het is een test van uithoudingsvermogen, doorzettingsvermogen en mentale kracht. De tocht is wereldberoemd, en jaarlijks wagen duizenden dappere zielen zich aan deze marathon van 100 kilometer, waarbij de finish halen soms aanvoelt als het verslaan van een persoonlijke Everest.
Dit keer heb ik gelukkig wel een dag verlof genomen, in tegenstelling tot de Nacht van Vlaanderen. Hierdoor kon ik me volledig focussen op de wandeltocht, zonder werkstress of andere afleidingen. Rond 18 uur vertrokken we naar Bornem, met Aurelie achter het stuur en Sylvia gezellig mee als extra morele steun. Voor vertrek had ik nog een flinke portie pasta gegeten om er zeker van te zijn dat ik niet onderweg in een hongerklop zou belanden.
Eenmaal aangekomen in Bornem moest ik mijn badge en borstnummer ophalen. De spanning was te voelen in de lucht en de drukte op het plein was overweldigend. Na wat zoeken en aanschuiven in de lange rijen, vond ik Thomas, die ook net gearriveerd was. Terwijl we ons klaarmaakten voor de start, viel er een man op die de hele tijd “Joooaa” riep. Een beetje raar, maar ach, iedereen verwerkt spanning op zijn eigen manier. Tegen 20.30 uur stonden we klaar bij de startlijn, na nog even snel een stresspiske eruit te persen. Iets na 21 uur klonk dan eindelijk het startschot. De tocht kon beginnen!
Zoals vaak bij massale evenementen, verliepen de eerste kilometers stroef. Het was moeilijk om ons ritme te vinden met zoveel mensen om ons heen, en hier en daar moesten we zelfs even aanschuiven. Maar al snel vonden we ons tempo, en viel het op hoe de Dodentocht echt leeft in de streek. Overal stonden mensen in hun tuin, gezellig met een glas wijn of bier in de hand, en er klonk muziek op de achtergrond. Het voelde bijna alsof we door een eindeloos lang straatfeest liepen, en die sfeer gaf een enorme boost.
Onderweg kregen we het nieuws binnen dat onze Belgische zevenkampsters op de Olympische Spelen in Parijs twee medailles hadden gewonnen. Wat een prestatie! Tegelijkertijd hoorden we helaas dat de Belgian Cats verloren hadden van die vervelende Fransen. Maar goed, het positieve nieuws gaf ons toch wat extra energie.
Rond kilometer 13 bereikten we het eerste controlepunt, waar we wat te eten en drinken kregen. Aurelie en Sylvia stonden ons daar op te wachten met een flinke dosis proviand en bemoedigende woorden. Ze wandelden zelfs een stukje mee, wat ontzettend leuk was. Na een kleine kilometer namen we afscheid en gingen we weer verder richting het volgende controlepunt, benieuwd naar de verrassingen die ze voor ons hadden klaargelegd.
Bij kilometer 30 bereikten we een van de hoogtepunten van de tocht: de beroemde Duvelstand. Hoewel ik van tevoren had gezworen dat ik dit keer zou overslaan, kon ik de verleiding niet weerstaan. En geloof het of niet, die frisse pint smaakte beter dan ooit! Even genieten van een welverdiende pauze met een Duvel en een kopje koffie, en na een tiental minuten gingen we weer op pad.
Het werd steeds zwaarder. De nacht viel, en we liepen over verlaten wegen. Een van ons had het zelfs zo moeilijk om wakker te blijven dat hij bijna al wandelend in slaap viel (ik zal niet zeggen wie, maar het was niet ik…). Met wat bemoedigende woorden, een paar cafeïnekauwgums, en afleiding uit onze verrassingszakjes (een tamagotchi en een knuffelkonijn, jawel!), hielden we vol. Thomas’ collega’s verrasten ons onderweg, wat een fijne onderbreking was van de donkere en stille wegen.
Niet alles verliep echter even soepel. We kwamen vast te zitten in een gigantische opstopping op een smalle weg, waar we met duizenden tegelijk moesten wachten. Niet de slimste zet van de organisatie, maar later hoorden we dat dit waarschijnlijk kwam door een omleiding vanwege een gevallen wandelaar. Toch, niet ideaal met al 40 kilometer in de benen…
Toen de blokkade eenmaal voorbij was, konden we eindelijk weer op ons eigen tempo verder. Vanaf dat moment realiseerden we ons dat we bezig waren aan de langste wandeling van ons leven, aangezien onze langste trainingsafstand slechts 45 kilometer was geweest. Toch ging het verrassend goed… tot het niet meer goed ging (spoiler alert!).
De zonsopgang bracht wat verlichting, zowel fysiek als mentaal. Bij ongeveer de helft van de tocht wachtte ons volgende hoogtepunt, dankzij Aurelie’s creativiteit. Uit onze verrassingszakjes haalden we een QR-code die we moesten scannen. Bij mij verscheen een filmpje van familie en vrienden die mij verder aanmoedigden om door te zetten, en bij Thomas een filmpje van Lore en de kinderen die voor hem een vrolijk dansje deden. Hoe zalig en onverwacht was dat!
De kilometers stapelden zich op, en de fysieke klachten begonnen meer en meer door te wegen. Vooral Thomas begon het zwaar te krijgen. Zijn voeten waren geteisterd door blaren, en de pijn in zijn benen werd steeds ondraaglijker. Hij bekende zelfs dat hij de vrijdag ervoor nog gewoon was gaan werken, hoewel hij gepland had om verlof te nemen. Niet de slimste zet, vooral niet voor een tuinman, een fysiek zwaar beroep waarbij je constant moet tillen, bukken en sjouwen.
Gelukkig kon ik hem een paracetamol met cafeïne aanbieden, en even later leek hij weer zo fris als een hoentje. Maar rond kilometer 70 begon ik zelf af te zien. Alles deed pijn, de vermoeidheid sloeg toe, en mijn humeur was ver beneden peil. De hitte hielp ook niet mee; de temperatuur steeg boven de 20 graden, en de zon brandde onbarmhartig op ons neer. Gelukkig stonden er her en der mensen langs het parcours die voor verfrissing zorgden, wat een ongelooflijk mooi gebaar was. De betrokkenheid van de lokale bevolking is werkelijk fenomenaal.
Het enige wat me nog vooruit dreef, was de wetenschap dat na 80 kilometer ik hetzelfde trucje kon proberen als Thomas: een paracetamol nemen en hopen dat het beter zou gaan. En inderdaad, na de controlepost rond kilometer 80, waar Aurelie en Helga ons opnieuw opwachtten met vers proviand en aanmoedigingen, namen we allebei een pilletje en ineens leek het alsof we vlogen. Onze gemiddelde snelheid schoot omhoog, en het leek even alsof we in een eindsprint zaten. Helaas was dat van korte duur, want na een kilometer of vijf vroeg Thomas om te vertragen. Zijn benen verzurden compleet, en hij zou het niet halen als we zo doorgingen. We besloten om weer op een rustiger tempo verder te gaan, want samen uit, samen thuis.
Met nog maar een dikke 15 kilometer te gaan, begonnen we de pijn weer overal te voelen. De pillen waren duidelijk uitgewerkt. Maar met de wetenschap dat de laatste 10 kilometer “niet meetellen”, voelden we ons toch bijna thuis. Die laatste kilometers hebben we elkaar erdoorheen gesleept. We waren niet de enigen die vermoeid waren; het parcours leek soms op een scène uit het Wilde Westen, met vermoeide wandelaars, auto’s die zich tussen de menigte probeerden te wringen, en volgers op fietsen en steps die naar bekenden zochten. Het was echt een chaotisch tafereel.
Uiteindelijk zagen we de finishboog in de verte opdoemen, en daar stonden onze geliefden, Aurelie, Lore en de kinderen, ons op te wachten. We waren nog nooit zo blij geweest om ze te zien en de fierheid in hun ogen te mogen aanschouwen. Daarvoor doen we het, en natuurlijk voor de kik!
Na de nodige fotoshoots en het in ontvangst nemen van onze medailles, konden we ons eindelijk rekenen tot de club van de Dodentocht-finishers. Het heeft deze keer letterlijk bloed, zweet en tranen gekost, maar na bijna 20 uur wandelen hebben we de 100 kilometer helemaal afgelegd. Wat een prestatie!
Hoe we de uren, dagen en weken nadien hebben beleefd? Dat is voor de volgende post.
Deze week stond een nieuwe mijlpaal op het programma: een wandeling van 45 km, net iets meer dan de Nacht van Vlaanderen. Extra uitdaging? Ik moest het alleen doen, want Thomas was met zijn schoonfamilie op vakantie in Frankrijk. Hij kijkt enorm uit naar deze trip, vooral naar de beklimming van de Mont Ventoux, waar zijn hele familie hem op afstand zal aanmoedigen.
Ik vertrok rond 8 uur ‘s morgens, gewapend met een strak schema: om de 5 km drinken en om de 10 km iets eten. De tocht verliep langs de Valleitjesroute, een pittoreske fietsroute door het Pajottenland. Het blijft verrassend hoeveel lange tochten je hier kunt maken en telkens weer nieuwe dingen ontdekt. Zo kwam ik door Lieferinge, Galmaarden, en Vollezele, allemaal plaatsen die je meestal links laat liggen, maar die absoluut de moeite waard zijn om te verkennen. Onderweg passeerde ik zelfs de Congoberg, een bekende klim in de wielerwereld.
De dag begon perfect: niet te warm, niet te koud, en lekker bewolkt. Maar tegen de middag brak de zon door, en de temperatuur steeg flink. Terwijl ik rustig van het uitzicht genoot, stopte er ineens een auto 50 meter voor me. Iemand stapte uit, en tot mijn verbazing was het… Aurelie! Ze had me samen met haar mama opgespoord en kwam me twee perziken brengen. Dat waren zonder twijfel de lekkerste perziken van mijn leven. Het is geweldig om zo’n partner te hebben die je op deze manier steunt. Het maakt deze fysieke uitdagingen zoveel draaglijker en geeft een extra motivatieboost.
Na deze verrassende pitstop ging ik verder, terwijl het steeds warmer werd. Gelukkig had ik voldoende water bij me. Onderweg viel het me op hoeveel mensen hun auto aan het wassen waren, vooral vrouwen. Het was niet zoals in de viedoclips van “Günther”, maar eerlijk gezegd was dat misschien maar goed ook!
De route leidde me ook langs de NATO-site in Kester, een bekende radarinstallatie, en over de Kesterheide, een mooi stukje natuur met een prachtig uitzicht over de omgeving. Vervolgens passeerde ik de Paddenbroek, een natuur- en bezoekerscentrum waar je heerlijk kunt wandelen en genieten van het groen.
Het laatste stukje was mentaal zwaar. Op 800 meter van huis moest ik nog een omweg maken van 2,5 km om de volledige 45 km te halen. Dat is niet makkelijk, vooral niet na een lange tocht. Maar wie stond daar ineens, net na de klim aan het Krekelhof? Weer Aurelie! Ze had gepland om me tegemoet te lopen toen ik bijna thuis was, maar ze wist niet dat ik nog een extra lus ging doen. Ze heeft op twee plaatsen gestaan waar ik niet passeerde, maar uiteindelijk was drie keer scheepsrecht.
Na iets meer dan 7 uur wandelen was ik eindelijk thuis. Moe, maar voldaan. De knie deed niet veel pijn, en na een beetje rust kon ik bijna normaal stappen, al ging alles wat trager dan normaal. Deze wandeling was een perfecte voorbereiding voor de Dodentocht, die nog meer dan dubbel zo lang zal zijn… Het begint te korten, nog maar drie weken te gaan, en de stress begint te stijgen. Maar na vandaag kijk ik er echt naar uit. Benieuwd ook naar de uitdaging die Thomas in Frankrijk zal aangaan!
We blijven doorgaan, met plezier en pijn, op weg naar die grote uitdaging!
Deze week trokken we weer door het prachtige Pajottenland voor een nieuwe wandeling. We legden een tocht van 25 kilometer af in 3 uur en 59 minuten, wat ons een gemiddelde snelheid van ongeveer 6,3 km/u opleverde. We zaten daarmee mooi op schema, zoals gewoonlijk.
Onderweg kwamen we langs enkele bijzondere plekken, zoals de IJzeren Man in Kester, een futuristisch ogende sculptuur midden in het landelijke landschap. Ook de Kesterheide was een hoogtepunt, met zijn uitgestrekte heidevelden en prachtige uitzichten. Het was een genot om hier doorheen te wandelen, ondanks de nodige heuveltjes die ons even deden puffen.
Een komisch moment beleefden we bij het huis van hypnosetherapeutetamara. De naam en website alleen al zijn bijna hypnotiserend om uit te spreken, maar dat ze reclame maakt in een doodlopende straat, tja… misschien niet de slimste zet. We konden ons niet voorstellen dat veel cliënten daar per ongeluk terechtkomen omdat ze de uitgang niet kunnen vinden!
Ondertussen hielden we een oogje op de Tour de France, waar Remco Evenepoel weer eens imponeerde. Hij werd derde in een zware bergetappe, wat weer eens bevestigt dat hij tot de top van de wielerwereld behoort. Wat een atleet!
Na onze wandeling hadden we nog iets leuks op het programma: de finale van het EK voetbal. We hadden afgesproken om samen pizza te bestellen en de wedstrijd te bekijken. Uiteindelijk ging Italië er met de winst vandoor, na een zenuwslopende wedstrijd tegen Engeland die pas na strafschoppen werd beslist. Het was een avond vol spanning en heerlijk eten, een perfecte afsluiter van een mooie dag.
Kortom, het was weer een geslaagde wandeling met veel plezier, sportieve prestaties, en een gezellige avond.
Dit weekend was het weer eens niet gelukt om samen te wandelen, want één van ons (en nee, het was niet Seba) vond het nodig om naar Rock Werchter te gaan. Rock Werchter 2024 was natuurlijk weer een knaller van een festival met topacts als The Foo Fighters, Arctic Monkeys, Kendrick Lamar, en Billie Eilish (n.v.d.r: ik denk wel niet dat Billie Eilish dit jaar op Werchter stond hoor, ChatGPT…). Vooral op zondag was het programma om van te smullen, met fantastische optredens die Thomas echt niet wilde missen.
Omdat Thomas zijn auto moest ophalen bij de garage, besloten we te wandelen van Halle naar Itterbeek. Goed gepland door Thomas (zeer goed zelfs…), want hij moest de auto ‘s morgens binnenbrengen en ‘s avonds ophalen in een garage naast zijn werk. Alleen vergat hij natuurlijk dat hij die dag vrij had genomen… Dat werd dus een tocht van 26 km die we in 3 uur en 58 minuten aflegden. De gemiddelde snelheid lag rond de 6,5 km/u, wat mooi in lijn ligt met onze eerdere wandelingen.
De route voerde ons vanuit Halle door de verschillende deelgemeentes van Sint-Pieters-Leeuw, zoals Negenmanneke en Vlezenbeek. Beide hebben we een groot deel van onze jeugd in Sint-Pieters-Leeuw doorgebracht, dus konden we tijdens de wandeling volop herinneringen ophalen. Denk aan de gezellige jaarmarkten, de lange avonden en nachten bij Jan, en natuurlijk de boze boswachter van het Coloma-park, die Thomas er nooit toestond om te fietsen.
We kwamen zelfs diezelfde boswachter tegen, en hij zag er gelukkig uit, waarschijnlijk omdat Thomas deze keer niet op de fiets was en hij dus zijn zin had gekregen. Hopelijk heeft de man nu genoeg voldoening in zijn leven gevonden en is hij niet van pure verveling doodgevallen.
Verderop kwamen we langs de vijvers van Leeuw, waar we getuige waren van een echte “oorlogszone”. Twee kolonies ganzen, de witte en de zwarte, leefden hier vredig naast elkaar, maar op de grens van hun territoria lagen flink wat veren. Het leek wel alsof ze af en toe een grensconflict hadden, waarbij de veren in het rond vlogen.
Onderweg kwamen we ook nog een werf tegen van de firma AARS. Waarom iemand zijn bedrijf zo zou noemen, blijft een raadsel. Je zou toch denken dat er iemand even de Nederlandse beterkenis zou hebben gecheckt voor ze die naam kozen, maar goed…
Na bijna 20 km kwamen we bij de garage aan, die gelukkig nog open was. Thomas haalde zijn auto op, maar nee, we zetten de tocht niet voort met de auto. We wandelden nog een zestal kilometer verder, kwamen opnieuw bij de garage uit, en reden toen naar huis.
Het was weer een geslaagde wandeling met veel herinneringen, leuke momenten en wat sarcastische commentaren. Volgende keer hopelijk weer een nieuwe avontuur zonder garages en ganzenoorlogen.
De week na de Nacht van Vlaanderen stond vooral in het teken van herstel. Seba had wat last van zijn knie en Thomas liep rond met blaren op zijn voeten. Gelukkig viel de spierpijn mee, maar het bezoek aan de Duvel-brouwerij was toch een uitdaging. Duvel, dat heerlijke goudblonde bier met zijn rijke smaak, maakte het al een beetje goed, maar de trappen… Seba strompelde alsof hij een oude man was, wat voor de nodige hilariteit zorgde.
Toch moet de training doorgaan! Deze week gingen we weer apart op pad. Ik, Seba dus, besloot een relatief korte wandeling te maken (voor ons doen dan) van 15 km. Daar deed ik 2 uur en 28 minuten over, wat ongeveer hetzelfde tempo is als onze vorige wandelingen. Ik bleef in de buurt van huis, langs vertrouwde wegen, dus niet veel spannends deze keer. Mijn grootste zorg was of de pijn in mijn knie terug zou komen, daarom bleef ik dicht bij huis. Gelukkig was dat niet het geval en kon ik de wandeling zonder problemen afronden.
Na de wandeling voelde mijn knie nog een beetje stijf en had ik lichte pijn, maar niets dat een beetje Voltaren niet binnen 15 minuten kon oplossen. Al met al een geslaagde week en nu op naar het volgende avontuur!
Bedankt voor het lezen en tot de volgende keer!
Daar is ons eerste tussendoel dan, de Nacht van Vlaanderen! Een nachtelijke tocht van 42 km door West-Vlaanderen. De Nacht van Vlaanderen is een belangrijke mijlpaal in onze opbouw naar de Dodentocht, omdat het ons een voorproefje geeft van wat er nodig is om lange afstanden te wandelen, vooral ‘s nachts, en het ons helpt om te wennen aan de uitdaging van het doorzetten in moeilijke omstandigheden.
Waar te beginnen? Misschien met het einde: het heeft bloed, zweet en tranen gekost (vooral zweet eigenlijk), maar we hebben het gehaald! Het was zwaar, met die lange afstand, het feit dat het ‘s nachts was en de enorme hoeveelheid mensen om ons heen, maar zoals de foto zegt: We did it!
We zijn vol goede moed gestart rond 20u45 in Torhout, nadat we even hadden moeten wachten. In het begin was het moeilijk om ons tempo te vinden door al het volk om ons heen. Het is ook een hele andere beleving om te wandelen met honderden mensen om ons heen dan wanneer we gewoon met z’n tweeën op pad zijn. We moesten wat meer letten op wat we zeggen en ons aanpassen aan het tempo van de massa.
De eerste 10-15 km waren niet zo leuk, we hebben veel moeten stilstaan door opstoppingen op kleine paadjes. Een les voor de volgende keer: meer vooraan proberen starten. Wel een lichtpuntje in die eerste kilometers: op de bevoorradingspost na 13 km stond Aurelie ons op te wachten om ons aan te moedigen. Wij dachten dat ze al lang naar huis was, dus dit was een geweldige verrassing en gaf ons een enorme motivatieboost. Wat een fantastisch gebaar van Aurelie!
Na die controlepost was het veel rustiger en veel aangenamer wandelen. We konden als vanouds weer zeveren en lachen, wat de tocht toch veel draaglijker maakt. In de verte zagen we ook mensen die op weg waren naar Compostella. Een eerste groot meetpunt was het rustpunt halverwege. De afstand begon toch stilaan te wegen en we waren al een viertal uur onderweg. Het was ondertussen 1 uur ‘s nachts en we hadden allebei een werkdag achter de rug voordat we aan de tocht begonnen. Vooral Thomas had de dag voor de tocht moeten hagen snoeien, compost verslepen in kruiwagens en nog allerlei taken die een tuinaannemer doet. Bij hem hakte de vermoeidheid er dus dubbel zo hard in.
Gelukkig kregen we op de post halverwege twee sandwiches en een kop koffie. Dit gaf ons weer moed om verder te gaan en na een tiental minuten rust vertrokken we opnieuw. In het tweede deel wandelden we voornamelijk door bossen en modderige paden. Gelukkig hadden we hier goed op getraind, zoals jullie misschien nog weten uit eerdere blogposts, maar de fysieke kwaaltjes begonnen zich na een 30-tal km stilaan te laten voelen. Thomas kreeg last van kloven en blaren aan zijn voeten, terwijl Seba meer en meer last kreeg van zijn knie. Dit maakte de modderige paden nog lastiger, want uitglijden in de modder zou deze kwaaltjes alleen maar erger maken. Het goede eraan is dat we geleerd hebben om te wandelen met pijnlijke voeten, benen en knieën. Deze ervaring zal nog van pas komen wanneer we opnieuw voor een lange afstand onderweg zullen zijn. Voor de volgende lange wandelingen zullen Voltaren en paracetamol een vaste plaats krijgen in onze rugzakken!
De laatste 5 km hebben we elkaar erdoor gesleurd. We waren opnieuw blij dat we dit met z’n tweeën konden doen, want alleen was het nog moeilijker geweest. Twee kilometer voor het einde kregen we opnieuw steun uit onverwachte hoek. Het was ondertussen 5 uur ‘s morgens, maar Aurelie was toch nog (of opnieuw?) wakker om ons op afstand aan te moedigen voor de laatste loodjes. En voor de allerlaatste loodjes werden we zelfs vergezeld door de papa van Thomas, die ons kwam ophalen 500 meter voor de finish. Ook dat was een welkome verrassing, want die laatste kilometer leek eeuwig te duren.
Na een kleine 8 uur wandelen kwamen we aan bij de aankomst in de sporthal van Torhout. We waren moe, hadden pijnlijke benen, maar waren vooral superfier op onze prestatie. Het was een enorme uitdaging en we zijn trots dat we het hebben gehaald. De volgende dagen beloven in het teken te staan van recuperatie en moeilijk stappen. En zeggen dat de Dodentocht nog meer dan dubbel zo lang zal zijn… Dat belooft… Wat een idee is dat weer geweest… Maar goed, we blijven gemotiveerd en we blijven ervoor gaan!
Bedankt voor het lezen en tot de volgende keer!
Hoi allemaal! Deze week zijn we eindelijk weer herenigd en konden we weer samen op pad voor een mooie, stevige wandeling. Dit keer stond er een flinke tocht op het programma: 26,67 km, die we aflegden in 4 uur en 27 minuten. Dat komt neer op een gemiddelde snelheid van ongeveer 6 km/u. Wederom goed doorgestapt, niet?
Onze route begon in Halle en voerde ons door allerlei pittoreske dorpjes en bossen. We wandelden door het prachtige Begijnbos en het sprookjesachtige Hallerbos. Wandelen door deze bossen is echt genieten! Vooral het Hallerbos met zijn beroemde boshyacinten in het voorjaar is een absolute aanrader (niet dat die nu te zien waren, maar oké…). Het Begijnbos is dan weer heerlijk voor een rustige, schaduwrijke wandeling.
Thomas had de route uitgestippeld en volgens de website “trailroutes.be” (dé referentie voor alle wandelingen, zeggen ze…) werd het een pittige tocht. Wel, daar was niks aan gelogen! Door de vele regen van de afgelopen dagen waren de paden modderig en glad. En dan die steile hellingen en afdalingen! Onze conditie werd flink op de proef gesteld.
Na ongeveer een uur wandelen begon het heel hard te regenen. Gelukkig hadden we allebei een regenjas mee, maar na een half uur in de stortregen waren we toch doorweekt. Onderweg kwamen we ook weer mensen tegen, waaronder een groep spelende kinderen van de Chiro. Speciale vermelding voor Marie, duidelijk het slaafje van de groep, want zij moest alles voor iedereen halen. Door ons lachen en geklets over haar zijn we zelfs verkeerd gelopen. Hierdoor moesten we een omweg maken van een dikke kilometer, waarbij we door hoog gras moesten stappen en drie keer over en onder een prikkeldraad moesten kruipen. Dit betekende voor Seba het einde van droge voeten en voor Thomas het einde van zijn mooie regenjas gemaakt van gerecycleerde flessen (gelukkig geen glazen flessen…).
Tijdens de wandeling kwamen we ook iemand tegen waarvan we denken dat het een aapje was, want het begroette ons met “oeh-oeh”. Tegen het einde van de wandeling kwamen we op het parcours van de Marterwandeling, tot groot enthousiasme van Thomas (nog steeds niet duidelijk waarom, maar goed).
De wandeling zou ook wel de muurschilderingen-wandeling kunnen heten, want we kwamen een aantal prachtige muurschilderingen tegen in Halle. Deze schilderingen geven de stad een unieke en kleurrijke uitstraling en elke schildering vertelt een eigen verhaal, wat het extra leuk maakt om ze te ontdekken.
Na bijna 4,5 uur kwamen we uitgeput en uitgeregend thuis om te genieten van een potje Skyr voor Thomas (een IJslandse zuivelproduct dat rijk is aan eiwitten en laag in vet, wat helpt bij spieropbouw en gewichtsbeheer; het bevat ook veel calcium en probiotica, wat bijdraagt aan gezonde botten en een goede spijsvertering) en NicNacs voor Seba (gewoon lekker…). Het was wederom een prachtige wandeling, maar zoals gewoonlijk met Thomas’ routes: modderig en pittig.
Het wordt trouwens een klein beetje spannend, want volgende week staat ons eerste tussendoel op het programma: de Nacht van Vlaanderen. Dit is een wandeltocht van 42 km tijdens de nacht, een echte uitdaging waar we al een tijdje naar uitkijken. De Nacht van Vlaanderen is een iconisch evenement dat jaarlijks honderden wandelaars trekt. Het is een unieke ervaring om ‘s nachts door het Vlaamse landschap te wandelen, en het belooft een geweldige test van onze conditie en uithoudingsvermogen te worden.
Last but not least, hebben we nog een geweldig nieuwtje: we hebben eindelijk onze tickets voor de Dodentocht kunnen bemachtigen! Hoewel deze uitverkocht waren, hebben we via 2dehands.be en de DoTo Swap toch nog twee tickets op de kop kunnen tikken. Dit betekent dat onze training tot nu toe niet voor niets is geweest. Nu is er echt geen weg meer terug. We gaan ervoor!
Bedankt voor het lezen en tot de volgende keer!
Hoi allemaal, Seba hier! Vandaag deel ik mijn nieuwste solo-wandelavontuur met jullie. Helaas ben ik dit weekend weer alleen op pad. Zondag mag ik namelijk bijzitter zijn bij de verkiezingen (iets waar ik echt naar uitkijk, not), en zaterdag is Thomas druk bezig met het verjaardagsfeest van zijn zoon. Dus trok ik op zaterdag zelf mijn wandelschoenen aan voor een lange solo-tocht.
Deze keer koos ik voor een route van mijn huis in Gooik naar mijn schoonouders in Meise. De wandeling was in totaal 27,7 km, en ik deed er 4 uur en 13 minuten over. Dat komt neer op een gemiddelde snelheid van ongeveer 6,6 km/u. Niet slecht, al zeg ik het zelf!
Om mijn route uit te stippelen, liet ik me leiden door Google Maps. De eerste voorgestelde route ging voornamelijk via grote steenwegen, wat niet echt uitnodigend was. Gelukkig bood Google een alternatief dat me langs kleinere, meer pittoreske wegen leidde. En wat een prachtige route werd het!
De tocht begon langs bekende paden door Gooik en Lennik, maar al snel voerde het pad me door onbekende gebieden. Wandelen door deze streek is echt genieten, met kronkelende landweggetjes, groene velden en charmante dorpjes die elk hun eigen karakter hebben. Vooral de passages door Sint-Martens-Bodegem en Sint-Ulriks-Kapelle waren adembenemend. Het landschap hier is gewoonweg prachtig, met weidse uitzichten en serene rust die je nergens anders vindt.
Het merendeel van de route liep door velden en over kleine wegen, wat echt heerlijk wandelen was. De delen door woonwijken zoals in Bekkerzeel en Kobbegem, en langs grote steenwegen van Brussegem tot aan restaurant Clash, waren minder leuk, maar gelukkig in de minderheid.
Onderweg kwam ik bekende plekken tegen, zoals Brasserie Tomberg, waar ik al vaak langs ben gelopen. Ook stuitte ik op de stekerij van Mort Subite, een brouwerij die heerlijke lambiekbieren maakt. De zoet-zure smaak van Mort Subite blijft een van mijn favorieten en bracht herinneringen terug aan de tijd dat ik nog in Jette woonde en hier regelmatig langskwam tijdens mijn hardlooprondes. Op een gegeven moment passeerde ook ik een jumping-evenement en feliciteerde ik een jongen met de medaille die hij had gewonnen.
Een handige truc die ik tijdens deze wandeling gebruikte, was om elke 5 km te drinken, ongeacht of ik dorst had. Het hielp me niet alleen gehydrateerd te blijven, maar brak ook de monotonie van de lange afstand. “Joepie, binnen 2 km mag ik weer drinken,” hield me gemotiveerd!
Tijdens een van de laatste kilometers werd ik gebeld door Aurelie, die me telefonisch gezelschap hield. Het was een welkome motivatieboost en maakte het laatste stuk veel dragelijker. Uiteindelijk kwam ik moe maar voldaan aan bij mijn schoonouders, die totaal verrast waren. Ze wisten niet dat ik te voet zou komen en Aurelie was, hoe kan het ook anders, nog niet toegekomen.
Als beloning kreeg ik een heerlijk bord asperges voorgeschoteld. Na deze lekkere maaltijd maakte ik me klaar voor een quizavond. Helaas bleek mijn fysieke prestatie die dag veel beter te zijn dan mijn mentale prestatie, want de quiz ging niet bepaald goed. Maar ach, je kunt niet altijd winnen, toch?
Bedankt voor het lezen en tot de volgende keer, wanneer Thomas hopelijk weer van de partij is!
Hey allemaal, Seba hier! Vandaag deel ik mijn avonturen van een solo-trainingstocht. Aangezien ik volgende week op vakantie ga en dus geen wandeling kan maken in het weekend, besloot ik om op vrijdag op pad te gaan terwijl Thomas hard aan het werk was. De wandeling was een flinke uitdaging van iets meer dan 15 km, en ik legde deze afstand af in 2 uur en 21 minuten, wat neerkomt op een gemiddelde snelheid van ongeveer 6,6 km/u.
Deze keer had ik de route zelf uitgestippeld, en het parcours voerde me langs de mooie plekken van Lennik en Eizeringen. Het was weer een pittige route met modderige paden en flink wat reliëf. Op een gegeven moment liep ik verkeerd, precies op het meest modderige stuk van de wandeling. Terwijl ik mijn kaart aan het bekijken was, verloor ik mijn evenwicht en gleed ik met mijn kont recht in de modder. Stel je voor, ik zat daar helemaal onder, en kon alleen maar lachen om mijn eigen onhandigheid. Dat was zeker een moment om niet snel te vergeten!
Het was wel een bijzondere ervaring om zo lang alleen op pad te zijn. Het gaf me de kans om na te denken over van alles en nog wat. Ik dacht na over de zin van het leven, de schoonheid van de natuur, en hoe ver we zijn gekomen in onze voorbereiding voor de 100 km Dodentocht. Ook overpeinsde ik hoe belangrijk het is om doelen te hebben en de stappen die we zetten om die doelen te bereiken.
Hoewel ik echt genoten heb van de wandeling, merkte ik dat het toch veel leuker is wanneer we dit samen doen. Ik miste mijn maatje, Thomas, en de gesprekken en grappen die we normaal gesproken delen tijdens onze wandelingen.
Deze route heb ik al een aantal keer afgelegd: eerst op de fiets, daarna hardlopend en nu wandelend. Het is grappig om te zien hoe ik het parcours steeds op een andere manier heb ervaren. Wie weet hoe ik het de volgende keer zal doen – misschien met krukken of een rollator?
Al met al was het een geslaagde solo-tocht die me weer een stap dichter bij ons uiteindelijke doel bracht. Ik hoop dat Thomas ook de moed vindt om zo lang alleen op pad te gaan. Ik zal hem alvast mentaal steunen vanuit Italië. Ik kijk ernaar uit om volgende week weer samen met Thomas op pad te gaan en onze avonturen voort te zetten.
Bedankt voor het lezen en tot de volgende keer!
Op 12 mei begaven we ons opnieuw op pad voor onze tweede trainingswandeling, dit keer onder leiding van Thomas. Zijn keuze voor de route viel op het prachtige domein “de Wolfsputten” in Dilbeek. Dit domein staat bekend om zijn schilderachtige landschappen en gevarieerde terreinen, perfect voor een uitdagende wandeling. De Wolfsputten bieden een mix van bosrijke paden, open velden en kronkelende beekjes, waardoor het een ideale locatie is om te verkennen.
De wandeling besloeg een afstand van ongeveer 10 kilometer en we deden er ongeveer 2u over, waarbij we de paden doorkruisten met een gemiddelde snelheid van ongeveer 5,0 kilometer per uur. De snelheid was deze keer iets trager gezien het terrein dit keer wat uitdagender was, met talrijke heuvels en modderige wegen die onze voortgang bemoeilijkten.
Tijdens onze tocht kwamen we verschillende medewandelaars en -lopers tegen, waaronder een paar die we zelfs meerdere keren passeerden. Eén van hen vergat ons echter de eerste keer te groeten, maar na een lichtelijk sarcastische opmerking van Seba, kregen we bij de tweede ontmoeting toch een vriendelijke groet. Het lijkt erop dat onze aanwezigheid niet onopgemerkt blijft!
Onderweg stopten we regelmatig bij enkele hoogtepunten van het gebied, waaronder een indrukwekkend uitzichtplatform met een panoramisch zicht over een uitgestrekte weide. Hoewel we het met een knipoog vergeleken met de Vlooybergtoren, was het uitzicht toch werkelijk adembenemend.
Het was niet alleen een uitdaging voor onze benen, maar ook voor onze lachspieren. Tijdens de wandeling deelden we grappen en anekdotes, en leerden we zelfs iets nieuws. Thomas wees ons op een specifieke struik die alles begon te overwoekeren langs het pad, en de enige manier om deze onder controle te krijgen was door schapen in te schakelen. Een interessant weetje dat we niet snel zullen vergeten!
Deze keer waren we ook beter voorbereid: iedereen had voldoende water bij zich en droeg de juiste schoenen, wat onze ervaring des te comfortabeler maakte.
Al met al was het een avontuurlijke en uitdagende dag, die ons dichter bij ons doel van de 100 kilometer bracht. We kijken al uit naar de volgende uitdaging op onze reis!